Ten noorden van het meer in Kandy ligt Udawatta Kele Forest. Dit natuurgebied is ongeveer 104 hectare groot en ligt op de heuvel. Na alle steden die we in de afgelopen periode hebben bezocht zijn we wel weer toe aan groen, wandelen en dieren spotten. Gelukkig ligt het natuurgebied ook niet al te ver van ons hotel af en kunnen we lekker vroeg beginnen.
Vol goede moed beginnen we aan de wandeling, maar het einde is toch iets pittiger dan gedacht. Dat is een nadeel van een park bovenop een heuvel, je moet eerst een flink stuk omhoog. En ook al is het nu nog niet zo heel warm, het zweet loopt al in straaltjes over onze ruggen. Enigszins uitgeput komen we om half 9 bij de daadwerkelijke entree aan. En nu moeten we de echte wandeling nog gaan doen. Je zou toch denken dat we wel iets van conditie hebben opgebouwd, maar blijkbaar blijven we zeemensen die niet gemaakt zijn voor de bergen.
Het vrouwtje bij de entree spreekt een soort van Engels waar we allebei niet zo heel veel van kunnen bakken. Op het kaartje van het park zet ze hier en daar een streep of een kruis, maar of het nu betekend dat we er niet heen mogen of juist wel snappen we niet helemaal. We betalen de toegangsprijs van 650 roepies per persoon en lopen naar het meer wat zich in het midden bevind. Het is even puzzelen met de kaart waar we precies heen moeten, maar we kiezen een pad en gaan lopen.
De grot die geen grot bleek te zijn
Het is hier echt supergroen, overal bomen, je hoort de vogels zingen. Alle stadsgeluiden zijn compleet verdwenen. Het fijne is dat de bomen voor veel schaduw zorgen en er af en toe een briesje voelbaar is. Verder is het lekker lopen op een ondergrond van bladeren. We zitten best hoog en af en toe hebben we al een mooi uitzicht op de omliggende omgeving.
Via het Ironwood Forest en de Giant Liana lopen we richting de Duitse tempel en de grotten die daarachter liggen. Als we aankomen bij de tempel wordt de weg versperd door een slagboom. Er staat een vriendelijk verzoek naast om alleen naar binnen te gaan als je er iets te zoeken hebt. Dat hebben we niet echt, dus laten we de tempel voor wat het is. Wel zien we hier de eerste aapjes. Eerst spotten we er eentje aan de linkerkant, maar dan blijkt er nog een te zitten. Ook aan de andere kant komt er eentje te voorschijn. De laatste lijkt ons in de gaten te houden terwijl de andere twee aapjes hun weg zoeken naar hem toe. Grappig om te zien hoe ze een weg zoeken over de takken en heel makkelijk van hot naar her springen.
We zoeken verder naar de grotten die hier ook ergens in de buurt moeten liggen. Daar komt wel iets meer klim en klauterwerk bij kijken. Een mooie test voor de stokken die we nu voor de eerste keer mee hebben genomen. Aan het einde van de trappen vinden we inderdaad een soort constructie, maar dit is nou niet bepaald een grot. Het is meer een stenen vervallen gebouw. Als we een kijkje nemen achter het gordijn wat voor de deur hangt zien we alleen maar heel veel troep. Verderop staat nog een halve fundering van een gebouw, maar verder is er weinig te zien. Het lijkt er wel op of deze ‘grotten’ nog worden gebruikt voor het één of ander. Persoonlijk zou ik toch liever een andere plek kiezen voor Yoga & meditatie.
The road less traveled
Als we verder lopen komen ons twee andere toeristen tegemoet. Ze zijn op zoek naar de grotten, of we die gezien hebben. We vertellen kort wat er te zien is en ook zij hadden er een ander beeld bij. Wel bijzonder trouwens dat ze ons tegemoet komen lopen, gekke toeristen ook die geen kaart kunnen lezen. We kijken nog eens goed naar het kaartje… gek, zonet waren we bij nummer 9 en nu nummer 7… Blijkbaar lopen we zelf een beetje tegen de richting in. Iets met de ‘road less traveled’ volgen dan maar. Hoe langer we doorlopen, hoe meer mensen we tegenkomen. Ach, zo maken we er wel weer een echte Kenji & Rieneke belevenis van.
Natuurlijk is er midden in het bos ook een hoogste punt. Het weggetje er naar toe is wat verstopt. Halverwege stuiten we op een stroom van mieren die de weg kruist. We kijken waar ze vandaan komen, maar moeten een heel stuk lopen om een soort van begin te ontdekken. Nog nooit hebben we zoveel mieren bij elkaar gezien die één pad volgen. Blijkbaar kiezen mieren toch liever voor oud & vertrouwd in plaats van de ‘road less traveled’ te kiezen. Misschien wel zo gezellig als je zo klein bent.
We lopen steeds dieper het bos in en het pad blijft stijgen. Als we dan eindelijk op het hoogste punt komen is er weinig te zien. Er staat een half vergaan schuurtje en een hele hoop bomen. Geen mooie vergezichten, geen open ruimte, alleen maar bomen. Helaas, pindakaas. Maar we hebben het maar wel weer even gedaan. Op de terugweg komen we weer de stroom met mieren tegen die nog steeds ongestoord hun pad vervolgen.
City view
Er staat nog één item op de kaart wat we graag willen zien, de city view, met hopelijk een mooi uitzicht over Kandy. Het is een heel ielig pad wat we volgen en het loopt het bos uit. Uit de verte horen we steeds meer stadsgeluiden. Ook horen we een bekend geluid, de muziek die hoort bij de offergave in de Temple of the Sacred Tooth. We lopen door en komen bij een platform uit waar je op kunt staan. En daar hebben we een prachtig uitzicht over Kandy. Het meer, de stad die op de omliggende heuvels is gebouwd, de tempel. Dit is een mooie beloning van onze inspanningen.
Als we bij het city view point vandaan lopen zien we een weg terug het bos in. Op hoop van zegen lopen we dit pad op. Om vervolgens getrakteerd te worden op heel veel aapjes. Ze zitten echt overal. Ook schieten er onder ons 2 herten weg. Op het moment dat er een grote vrucht van de boom afvalt schrikken de aapjes net zo erg als wij. Als Kenji alvast even vooruit loopt ben ik binnen no time omsingeld door de aapjes, ze schijnen de stokken wel interessant te vinden. Wel blijven ze allemaal netjes op afstand. Uiteindelijk blijkt dit pad toch dood te lopen. Maar we zijn blij dat we hier toch even hebben gekeken, anders hadden we deze beestjes moeten missen.
De morgenstond heeft goud in de mond
Rest ons nu slechts nog de terugweg naar de entree. We komen best veel mensen tegen die nu pas gaan beginnen en zich aardig in het zweet werken. Wat zijn we blij dat we op tijd zijn opgestaan en met een fijne temperatuur hebben kunnen wandelen. Bij de entree moeten we het grote boek weer tekenen en wordt onze eindtijd genoteerd. In een kleine 2,5 uur hebben we de wandeling voltooid. Een resultaat waar we best trots op zijn. De tijden worden weliswaar niet om deze reden bijgehouden, maar eerder zodat ze weten wie wanneer in het park is. Maar toch, een leuke graadmeter. Hoog tijd om onze voetjes wat rust te geven en af te gaan koelen in de airco!